Een veilige en gezonde fysieke leefomgeving is het hoofddoel van de nieuwe Omgevingswet. De Omgevingswet introduceert hiervoor zogenaamde aandachtsgebieden. Iedere milieubelastende activiteit met significante hoeveelheden gevaarlijke stoffen heeft na inwerkingtreding van de Omgevingswet een of meer aandachtgebieden. Deze komen in de plaats van de huidige kwantitatieve benadering van het groepsrisico.
Aandachtsgebieden gelden per incidenttype: brand, explosie en gifwolk. De Omgevingswet kent naast het treffen van omgevingsmaatregelen de mogelijkheid voor het instellen van zogenaamde voorschriftengebieden voor bouwkundige maatregelen. Deze bouwkundige maatregelen zijn alleen van toepassing op nieuwe situaties. De incidenttypen en de (wijze van bepalen van) de grootte van de aandachtsgebieden zijn landelijk uitgewerkt door het ministerie van I&W en RIVM.
Gemeenten moeten omgaan met omgevingsveiligheid in hun omgevingsplan. De bevoegdheid voor het stellen van regels binnen aandachtsgebieden ligt grotendeels bij gemeenten. Voor zeer kwetsbare gebouwen is een gemeente verplicht om een voorschriftengebied aan te wijzen. Voor andere typen gebouwen heeft een gemeente de beleidsvrijheid om deze wel, onder voorwaarden of geheel niet toe te laten en/of wel of geen voorschriftengebieden aan te wijzen. Het aanwijzen van voorschriftengebieden is nodig om bouwkundige maatregelen te kunnen eisen aan nieuwbouw. Bouwkundige maatregelen zijn vaak de laatste stap in het bieden van bescherming aan personen in gebouwen.
Dit kleimodel biedt een ‘look and feel’ van hoe een ‘Handreiking omgaan met aandachtsgebieden’ in het omgevingsplan eruit kan gaan zien. Niet alleen voor buisleidingen, maar ook voor andere risicobronnen. Het kleimodel wordt de komende maanden verder uitgewerkt in een modulair opgebouwde handreiking.
Heeft u vragen? Neem dan contact met ons op.