In de geest van de Omgevingswet is in het planMER niet alleen gekeken naar milieuaspecten, maar naar alle aspecten die van belang zijn voor een duurzame ontwikkeling van de leefomgeving. Al vanaf de start van de NOVI is vanuit het m.e.r. reflectie geboden om keuzes die gedurende het proces zijn gemaakt te ondersteunen. Dit heeft niet alleen geleid tot goed overwogen keuzes in het beleid, maar ook tot concrete optimalisaties, zoals aandacht voor biodiversiteit, milieukwaliteit, gezondheid en welzijn.
In een context waar veel leefomgeving aspecten onder druk staan, kent de doorwerking en uitvoering van de ontwerp-NOVI - en daarmee de effecten voor de staat van de fysieke leefomgeving - nog veel onzekerheden. Effecten kunnen vaak nog zowel positief als negatief uitpakken, afhankelijk van de uitwerking in (gebiedsgerichte) programma’s, de doorwerking naar vervolg besluiten van zowel Rijk als decentrale overheden en van het in te zetten instrumentarium. Het m.e.r. heeft de kansen en risico’s op een overzichtelijke wijze in beeld gebracht aan de hand van het ontwikkelde ‘Rad van de Leefomgeving’.
Het planMER voor de ontwerp-NOVI vormt tevens een sterke basis voor de toekomstige besluiten over de fysieke leefomgeving door Rijk en decentrale overheden. In het planMER geven we aandachtspunten en aanbevelingen mee aan vervolg besluiten en flankerend beleid om op een goede manier om te kunnen gaan met de kansen en risico’s voor de fysieke leefomgeving.
Samen met betrokkenen en deskundigen is vanaf de start gezocht naar mogelijkheden om het instrument m.e.r. zo goed mogelijk aan te laten sluiten op de strekking van de Omgevingswet. Gaandeweg is bewust op vernieuwing gestuurd met bijvoorbeeld de wijze van agendering en reflectie in het proces, het rad van de Leefomgeving en aandacht voor het vervolg. Ook is een digitaal en interactief planMER opgesteld. Het digitale ‘iReport’ vermindert de complexiteit en verbetert de besluitvorming door toegankelijke en interactieve teksten en visualisaties.